Box 3: tarieven en vrijstellingen
De aanpassingen in box 3 van 2022 tot 2026

In box 3 wordt de belasting berekend over je inkomen uit vermogen. De komende jaren gaan de berekening en de tarieven in box 3 veranderen. Hoe werkt de nieuwe berekening? Wat betaal je in 2023? En wanneer krijg je vrijstelling of compensatie?
Wat is box 3?
Bij je aangifte inkomstenbelasting heb je te maken met drie boxen. In iedere box vallen bepaalde inkomsten. Dit is de indeling:
Box 3: belastbaar inkomen uit sparen en beleggen (vermogen)
Elke box heeft een eigen tarief. In box 3 wordt gekeken naar je inkomen uit sparen en beleggen. De Belastingdienst gaat ervan uit dat je over je vermogen extra inkomsten ontvangt. Bijvoorbeeld de rente op je spaargeld of rendement uit beleggingen. Over die extra inkomsten betaal je mogelijk belasting in box 3.
Welke inkomsten vallen in box 3?
De belasting die je betaalt in box 3 wordt ook wel vermogensbelasting, vermogensheffing of vermogensrendementsheffing genoemd. Dit is geen zakelijke belasting. Je zakelijke vermogen, zoals het geld op je zakelijke rekeningen, telt niet mee in box 3. Alleen je inkomsten uit privévermogen worden hier belast.
Je vermogen bestaat uit bezittingen zoals:
Het geld op je persoonlijke spaar- en betaalrekeningen
Je beleggingen, obligaties en winstbewijzen
Een tweede woning of een huis dat je verhuurt
Welke bezittingen worden nog meer meegeteld in box 3? Bekijk een volledige lijst met bezittingen van de Belastingdienst. De bezittingen van je fiscale partner en eventuele minderjarige kinderen moet je ook meetellen.
Wat is heffingsvrij vermogen box 3?
Je moet belasting betalen als de waarde van je vermogen boven een bepaald bedrag komt: boven het heffingsvrij vermogen. Over je vermogen onder die grens hoef je geen belasting te betalen. Het bedrag boven het heffingsvrij vermogen heet ook wel de 'grondslag sparen en beleggen'. Daarover betaal je dus belasting.
Box 3 2023 - 2026
In box 3 zijn er dus een paar wijzigingen. Het doel van deze verandering is: rechtvaardiger belasten. Hieronder geven we een overzicht van de situatie voor 2023, de overgangsfase en het nieuwe stelsel vanaf 2026.
Waarom aanpassing van box 3 belasting?
Voorheen hanteerde de Belastingdienst in box 3 nog een vaste verdeling tussen spaargeld en beleggingen. Het gevolg hiervan was dat mensen met alleen spaargeld (laag rendement) in verhouding veel belasting betaalden, terwijl mensen met vermogen in beleggingen (hoog rendement) weinig belasting betaalden. Dit is volgens De Hoge Raad oneerlijk. Door de lage spaarrente is het rendement op spaargeld veel lager dan het rendement op beleggingen. Daarom heeft de Belastingdienst een paar wijzigingen doorgevoerd.
Wat gebeurt er met box 3 in 2023?
De berekening van belasting in box 3 is dus aangepast. In de jaren 2023, 2024 en 2025 is sprake van overbruggingswetgeving. Het belastingtarief in box 3 wordt in jaarlijkse stappen met 1% verhoogd naar 34% in 2025. Het heffingsvrije bedrag zal ongeveer € 57.000 zijn.
Daarnaast zal de nieuwe berekening met terugwerkende kracht vergeleken worden met de berekening uit de jaren 2017-2020 (voor degenen die daar bezwaar tegen hadden aangetekend) en voor iedereen in 2021 en 2022. Als deze berekening gunstig uitvalt, krijg je geld terug.
De Belastingdienst gebruikt bij de nieuwe berekening rendementspercentages op basis van de actuele percentages voor sparen, beleggen en lenen. De nieuwe percentages per groep worden ieder jaar bepaald.
Hoe werkt box 3 vanaf 2026?
Vanaf 2026 zal er een nieuw stelsel voor box 3 komen waarin het werkelijke rendement op vermogen wordt belast. Je zult dan bij je aangifte inkomstenbelasting de daadwerkelijk ontvangen rente in dat jaar moeten opgeven, samen met alle andere inkomsten uit vermogen. De Belastingdienst zal daarover belasting vragen.
Box 3 compensatie
Om personen te compenseren die te veel vermogensbelasting hebben betaald is er een regeling ingesteld. Daarbij is er een belangrijk verschil tussen rechtsherstel (2017-2022) en de overbrugginswetgeving (2023-2025).
Wat is rechtsherstel box 3?
Te veel betaalde belasting in de jaren 2017 t/m 2022 zal volledig worden hersteld. Bij dit rechtsherstel wordt de nieuwe berekening vergeleken met de berekening uit het oude stelsel. De berekening die het gunstigst is wordt toegepast. Als je volgens de oude berekening te veel belasting hebt betaald, dan krijg je dat deel terug. Als blijkt dat de oude berekening gunstiger voor je is dan hoef je tot en met 2022 niet bij te betalen.
Wat is de overbruggingswet box 3?
In de periode van de overbruggingswetgeving (2023-2025) wordt de nieuwe berekening voor iedereen direct toegepast in box 3. Heb je vooral inkomen uit beleggingen? Dan zul je waarschijnlijk meer belasting betalen dan voorheen. Heb je vooral spaargeld? Dan betaal je juist minder. Voor de box 3-belasting in de jaren 2023-2025 kun je waarschijnlijk geen compensatie krijgen achteraf.
Tarieven box 3
Het belastingtarief in box 3 is 31% in 2022 en 32% in 2023. Dit percentage wordt jaarlijks met 1% verhoogd naar 34% in 2025. Daartegenover staat dat het heffingsvrije vermogen (het vermogen waarover je geen belasting betaalt) ook is gestegen: van € 50.650 per persoon in 2022 naar € 57.000 per persoon in 2023.
Wat is het tarief in box 3?
Jaar | Tarief box 3 |
---|---|
2022 | 31% |
2023 | 32% |
2024 | 33% |
2025 | 34% |
Hoe werkt de nieuwe berekening in box 3?
Hoeveel belasting moet jij betalen over je vermogen? Volg deze stappen en je kunt de belasting in box 3 berekenen:
Grondslag: Bepaal eerst de grondslag sparen en beleggen. Dit is de totale waarde van je bezittingen boven het heffingvrije vermogen. Het heffingvrije vermogen over 2022 is € 50.650 per persoon en € 57.000 in 2023.
Schuld: Een eventuele schuld mag je hier deels van aftrekken. Het gaat om het deel boven de drempel van € 3.200 (€ 6.400 met fiscale partner).
Rendementspercentage: Bekijk daarna het actuele rendementspercentage dat de Belastingdienst hanteert per categorie. Dit zijn de percentages voor 2022 en 2023:
2022 | 2023 | |
---|---|---|
Bank- en spaartegoeden | 0,01% | 0,36% |
Beleggingen en andere bezittingen | 5,53% | 6,17% |
Schulden | 2,46% | 2,57% |
Let op: Het percentage in 2023 voor beleggingen en andere bezittingen staat al vast. De percentages voor bank- en spaartegoeden en schulden zijn nog voorlopig. Begin 2024 stelt de Belastingdienst die percentages definitief vast.
De uitkomst hiervan deel je door de totale waarde van het vermogen en vermenigvuldig je daarna met 100%. Het percentage wat overblijft, is het rendementspercentage.
Tarief box 3: Kijk ook wat het tarief is van het jaar waarover je belastingaangifte doet. In 2022 is dit 31% en in 2023 is het 32%.
Nu kun je de berekening maken:
Grondslag (- schuld) x rendementspercentage x belastingtarief = belasting in box 3
Hoe werkt de nieuwe berekening van de belasting in box 3 precies? Test het zelf. Gebruik een handig hulpmiddel box 3-inkomen berekenen.
Vrijstelling box 3
Er zijn een aantal vrijstellingen als het gaat om de belasting in box 3. Naast een deel van je vermogen (heffingsvrij vermogen) zijn ook een aantal bezittingen vrijgesteld van belasting.
Wanneer krijg je vrijstelling van bezittingen in box 3?
Een aantal zaken zijn vrijgesteld van de belasting in box 3. Zoals:
Je eigen woning
De inboedel van je woning
Je auto
Je pensioen
Je lijfrenten
Groene beleggingen
Je zakelijke vermogen (saldo op je zakelijke rekeningen)
Deze bezittingen hoef je dus niet mee te tellen voor je vermogen in box 3. Mogelijk komen ze wel aan bod in een andere belastingbox.
Hoeveel schuld mag je aftrekken?
Heb je schulden? Dan mag je die voor een deel aftrekken van je vermogen. Behalve de hypotheekschuld van je eigen woning. De totale schuld boven het drempelbedrag mag je aftrekken.
Het drempelbedrag voor schulden in 2022 is € 3.200 als je geen fiscale partner hebt en € 6.400 als je wel een fiscale partner hebt.
Het drempelbedrag voor schulden in 2023 is € 3.400 als je geen fiscale partner hebt en € 6.800 als je wel een fiscale partner hebt.
Wat is het heffingsvrij vermogen in 2023?
Zoals hierboven benoemd hoef je niet je volledige vermogen mee te tellen voor de belasting in box 3. Een deel is vrijgesteld van belasting. Dit heet het heffingsvrij vermogen. Over dat deel van je vermogen hoef je dus geen belasting te betalen.
In 2022 is het heffingsvrij vermogen € 50.650 als je geen fiscale partner hebt en € 101.300 als je wel een fiscale partner hebt.
In 2023 is het heffingsvrij vermogen € 57.000 als je geen fiscale partner hebt en € 114.000 als je wel een fiscale partner hebt.
Tip: Bij het bepalen van je vermogen voor box 3 is er een belangrijk verschil tussen je privé vermogen en zakelijke vermogen. Lees er meer over in het artikel over vermogensbelasting.