Produceer een nieuw product

Hoe ga ik van prototype naar product?

business-people-working-with-documents-93PD4WZ

Je bent overtuigd van je prototype en hebt het uitvoerig getest onder gebruikers. Nu is het tijd om je innovatie in productie te nemen. Wie heb je daarvoor nodig? Kun je het zelf of schakel je een producent in? In dit hoofdstuk tips om de beste keuze te maken.

Het verschilt per product, bedrijf en oplage hoe je het best kunt produceren. Misschien kan jouw bedrijf een product in kleine aantallen wel maken, maar komt het de kwaliteit en snelheid ten goede als je voor grote oplages op zoek gaat naar een producent.

Wanneer samenwerken?

Samenwerken loont bij innovatie, maar dat betekent niet dat je tijdens het hele proces met dezelfde partij hoeft te werken. Zo werkte Mark Kulsdom van de Dutch Weedburger alleen tijdens de ontwerpfase samen met een kok. “Ik kan wel een burger bakken, maar een nieuw recept maken is lastiger,” vertelt hij. De kok hielp hem het perfect recept te ontwikkelen. Nu hij weet hoe hij het moet doen, produceert Kulsdom samen met drie partners wekelijks zelf de burgers voor zo’n 40 restaurants.

Andersom kan het ook. Rachel de Boer is bedenker van de antirimpelbeha. Zij maakte zelf het prototype, maar de productie gebeurt vanaf dag één in een textielfabriek in Polen. Volgens De Boer levert de fabriek goede kwaliteit en service. Haar tip: “Het is belangrijk om vanaf het begin op een lijn te zitten. Als jij duidelijk maakt wat je wilt en goed begrijpt wat de ander kan doen, voorkom je problemen en kan de productie soepel verlopen.”

Shoring

De Boer is erg tevreden over haar productiepartner in Polen. Bepaalde bedrijfsfuncties uitbesteden aan een ander heet outsourcing. Als jij je productie laat uitvoeren door een dienstverlener, kan je besparen op arbeids- en operationele kosten en kun je je concentreren op je kernactiviteiten (in De Boers geval: ontwerpen).

Als je bepaalde processen uitbesteedt in het buitenland heet dat offshoring (verre landen) of nearshoring (dichterbij huis). Vooral industriële bedrijven besteedden vanaf de jaren ‘80 hun productie uit naar landen als China of Oost-Europa. Offshoring heeft een geweldige vlucht genomen, waardoor diverse ontwikkelingslanden, zoals de Filippijnen, nu een belangrijk rol spelen op de wereldmarkt. Veel ondernemers kiezen voor offshoring omdat de overhead- en personeelskosten lager liggen.

Reshoring

Sinds 2013 zet een nieuwe trend in: reshoring. Dat wil zeggen dat bedrijven steeds vaker hun productie terug brengen naar Nederland. Volgens onderzoek van TNS Nipo brengt één op de tien ondernemers zijn product dit jaar terug naar eigen land. De trend komt uit Amerika, waar zo’n 21 procent productie terug naar de VS haalt of dat wil doen.

De voornaamste reden zijn de kosten: het loont niet (meer) om in het buitenland te produceren, zegt meer dan driekwart van de ondervraagden. De loon- en transportkosten zijn gestegen en alles bij elkaar opgeteld, is het net zo duur en veel gemakkelijker om de productie in eigen land te houden. Aan de andere kant zijn diezelfde kosten voor de meeste ondernemers de voornaamste reden om wel in het buitenland te blijven produceren.

Een andere reden om de productie wat dichter bij huis te houden, is de communicatie. Je kunt je wel voorstellen dat overleggen met iemand aan de andere kant van de wereld minder eenvoudig is dan met je buurman. Daarnaast hebben ondernemers moeite om bijvoorbeeld in China de juiste producent te vinden, omdat ze er niet bekend zijn.

Hoe vind ik de juiste producent?

Het beste is om vroeg in het innovatieproces te bepalen wie je producent wordt, zodat je weet op welke kosten en levertijd je kunt rekenen. Daarbij is het goed om je producent tijdig te briefen, zodat hij weet wat hij kan verwachten.

Via de volgende kanalen kun je proberen aan een goede leverancier of producent te komen:

  • Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)

  • Internationale vakbeurzen

  • Ambassades

  • Kamer van Koophandel

  • De bank

  • Brancheorganisaties (in het buitenland)

  • Bemiddelende organisaties

  • Trade offices (China en Taiwan hebben bijvoorbeeld een trade office in Nederland)

  • Matchmakingfaciliteit Ontwikkelingslanden (MMF)

  • Commerciële adressensites

  • Via je eigen relaties: vraag naar goede ervaringen

Handig aan internationale vakbeurzen is dat je de leverancier meteen persoonlijk kunt ontmoeten en de producten kunt zien. Ook zoeken via de ambassade geeft vaak goed resultaat.

Waar moet ik op letten?

Als je in contact bent gekomen met een potentiële leverancier, is het zaak om zoveel mogelijk informatie in te winnen. Zorg in elk geval dat je de volgende zaken weet:

  • Waarom hij graag zijn producten op de Nederlandse markt wil brengen;

  • Of hij weet hoe de Nederlandse markt in elkaar zit;

  • Aard en omvang van zijn bedrijf;

  • Zijn talenkennis;

  • Zijn ervaringen met andere landen;

  • De verkoopvoorwaarden;

  • Prijs/kwaliteit verhouding;

  • Leveringscondities;

  • Betalingsvoorwaarden.

Wil je weten wat de financiële positie, het betalingsgedrag en de kredietwaardigheid van je potentiële leverancier is dan kun je bij Handelsinformatiebureaus terecht.

Offerte

Een aantal van bovenstaande punten is meteen goede input voor de offerte. Zorg dat je naast de prijs ook op de hoogte bent van zaken als hoeveelheid en kwaliteit, de levertijd, verpakking (bij transport en verkoop), wijze van vervoer en de kosten daarvan, garantievoorwaarden, leverings- en betalingsvoorwaarden. Wil je zeker weten dat je het juiste product krijgt? Vraag dan om een proefzending.

Wat vind je van dit artikel?

Claartje Vogel

Auteur

Claartje Vogel

Schrijft al meer dan 10 jaar over economie, financiën en ondernemen, onder andere voor MKB Servicedesk. Zoekt graag ingewikkelde zaken uit en houdt van verhalen vertellen. Reist ondertussen de wereld rond.